Leen Verheyen

Foute kunst

In het voorjaar van 2024 verscheen mijn tweede boek, Foute kunst. In dat boek onderzoek ik welke plaats we kunnen toekennen aan ons morele oordeel wanneer we ons een oordeel vormen over een kunstwerk. In het boek toets ik verschillende kunstwerken die om de een of de andere reden als moreel problematisch worden beschouwd aan filosofische theorieën over de relatie tussen kunst en moraliteit.

Doctoraatsonderzoek

In 2020 rondde ik aan de Universiteit Antwerpen mijn doctoraatsonderzoek met als titel Literature, Truth and Meaning af. Concreet probeerde ik in mijn onderzoek een antwoord te formuleren op de vraag wat de cognitieve waarde van literaire fictie is. In 2018 mocht ik hierover kort iets vertellen in het één programma Iedereen Beroemd.

In datzelfde jaar schreef ik ook een stukje voor de filosofische blog Bij nader inzien waarin ik mijn insteek in het hedendaagse debat uiteen zet. Daarnaast verscheen er ook een wetenschappelijk artikel over Paul Ricoeurs concept van de productieve verbeelding en de waarde daarvan voor het debat over de cognitieve waarde van literaire fictie in een themanummer rond filosofie en literatuur van het tijdschrift Metodo.

Daarnaast was ik gasthoofdredacteur van een themanummer rond de cognitieve waarde van fictie voor het tijdschrift Aesthetic Investigations.

In het najaar van 2019 verscheen bovendien mijn boek Wat de lezer leert, waarin hetzelfde onderzoek centraal staat.

Sinds 2017 ben ik ook bestuurslid bij het Nederlands Genootschap voor Esthetica en sinds begin 2020 maak ik deel uit van de redactie van het Algemeen Nederlands Tijdschrift voor Wijsbegeerte, waar ik in 2021, samen met Ronald Tinnevelt en Katrien Schaubroeck, ook een themanummer rond filosofie en literatuur redigeerde. In 2023 redigeerde ik samen met Ronald Tinnevelt en Wim De Muijnck ook een themanummer rond kunst voor het ANTW.

Masterthesis

Ook het onderzoek voor mijn masterthesis bevond zich in het domein van de literatuurfilosofie. Specifiek richtte mijn masterthesis zich op de vraag of de literaire ervaring beschouwd kan worden als een esthetische ervaring. Een deel van mijn argumentatie werkte ik daarna verder uit in een Engelstalig artikel dat in 2015 verscheen in het tijdschrift Aesthetic Investigations.

Bachelorscriptie

De focus van mijn bachelorscriptie lag verder verwijderd van mijn huidige onderzoek. Op basis van de kritiek die Max Horkheimer en Theodor W. Adorno in de jaren 1940 formuleerden op de cultuurindustrie analyseerde ik twee recente kritieken op het neoliberalisme, namelijk Hans Achterhuis’ De utopie van de vrije markt en Martha Nussbaum’s Not for Profit en Creating Capabilities.

Blog

Naast mijn academisch werk schrijf ik ook regelmatig kleinere, toegankelijkere artikels voor andere doeleinden. Zo schreef ik tussen 2019 en 2022 regelmatig teksten over literatuur voor het literair platform Karakters. De meeste van die teksten zijn ook terug te vinden op mijn blog.